Een paar
keer per week word ik hier in Ecuador gewekt door een new-age achtige versie
van het ´Ave Maria´, dat via een luidspeaker de vallei in wordt geblazen. De
eerste keer dacht ik dat ik in de hemel was beland, maar nu ervaar ik het als bijzonder
prettig wakker worden. Na de muziek volgt een vriendelijke vrouwenstem die het
buurtnieuws brengt met algemene mededelingen over geplande wegwerkzaamheden of
sportevenementenen. Ze sluit altijd af met wat er die dag vers van het land
wordt verkocht bij de bushalte. De ene dag zijn dat bananen en wortels,
de andere dag tomaten of aardappelen. Ikzelf ken die bushalte niet, maar op een vreemde manier doet ´ie me
denken aan de gezellige SRV-wagen die geregeld voorbijreed toen ik nog op de
Sint Janstraat in Laren woonde. Ik had meestal niets nodig, maar toch werd ik gelukkig
van die rijdende supermarkt over de klinkertjes langs mijn huis. De SRV-man
bezorgde mijn buren een halfje gesneden volkoren of een verse leverworst en mij
een heerlijk Ot en Siengevoel.
Zo´n buurtwinkel
op wielen zou het goed doen in Ecuador, want kopen en verkopen ´vanuit de
achterklep´ gebeurt hier veel. Zie je een bijrijder door een microfoon bleren, dan valt er vaak wel iets te
scoren; een kilo sinaasappels of een treetje eieren, eventueel met de moederkip
erbij. Of ze halen je oud ijzer op. De bedrijvigheid op straat is sowieso groot.
Je moet soms slalommend om verkopers heen die van top tot teen zijn bekleed met
hoedjes, zonnebrillen, waterijsjes, luchtverfrissers, afstandsbedieningen en vliegenmeppers.
En zelfs de geiten moeten dagelijks aan de bak: die worden ter plekke op straat
gemolken voor een ´versgeperst´ glaasje geitenmelk.
Helaas zijn
straatverkopers bijna uitgestorven in Nederland, net als de buurtwinkels. Hier
vind je op elke straathoek nog zo´n winkeltje met belangrijkste levensmiddelen en
er zijn mensen die nooit een grote supermarkt zien, maar dagelijks deze lokale
ondernemers steunen. Bij zo´n buurtsupertje - een verlengstuk van de woonkamer
- gaat het er dan ook gezellig aan toe, want iedereen wordt aangesproken met ´hola
veci´ (´hoi buuf´) en pasgekochte biertjes worden regelmatig op de stoep leeggedronken
en weer aangevuld. Nog geen twee jaar terug was ik een fanatieke scanner in de Gooise
supermarkten, want waarom zou je in de rij gaan staan? Toch zeker niet voor een
praatje met de kassiére? Ach, die goeie ouwe
SRV-man. Misschien moet hij ook maar emigreren.
(Column 30 ´Coreanne in Quito, voor De Gooi- en Eemlander, september 2012)