dinsdag 28 juni 2011

Zonaanbidders


Nederland mag dan van alle gemakken zijn voorzien, een beetje meer zonlicht zou het net iets aangenamer maken. Alhoewel een sneeuwbui zeker charme heeft, worden de warme dagen pas echt gekoesterd. Typisch Hollands is de korte broek, die bij de eerste zonnestraal meteen uit de kast wordt getrokken. En stralend weer staat ook garant voor files richting de kust, lege schappen op de vleesafdeling, bomvolle terrassen en overuren voor de ijsboer.

In Ecuador is de regentijd net voorbij, het enige seizoen naast ’gewoon’ zomer. De flinke en vaak onverwachte plensbuien hebben behoorlijk wat ellende aangericht, ook hier in de buurt. Modderstromen hebben huizen, wegen en oogsten vernield. Ook zijn er meerdere doden gevallen, onder wie een klein meisje dat onder haar bed wilde schuilen en later onder een dikke laag modder werd teruggevonden. Vandaag de dag schijnt de zon weer volop en is het zelfs sproeien geblazen. De Ecuadorianen houden alleen niet van bakken in de zon. Terrasjes zijn er nauwelijks en in het park blijven de bankjes buiten de schaduw onbezet. Die zijn voor de toeristen. Maar ze zijn de lichtbol wel dankbaar. Zo was ik een paar maanden terug getuige van een traditionele zonneequinox in de hooglanden en afgelopen week was de oerkracht van de zon weer reden tot een feestje.

Vanuit ons huis hebben we zicht op twaalf grafheuvels, waarvan ik het bestaan tot voor kort niet kende. Nu is het landschap hier nogal heuvelig en reikt mijn archeologische kennis niet verder dan dat een bobbel gewoon een klein bergje is. Maar goed, eenmaal gespot zijn ze onmiskenbaar erg bijzonder. Rond deze grafheuvels kwamen de dorpelingen samen voor het vieren van een nieuw zonnejaar. De mannen hadden een soort van cowboypakken aan en de vrouwen droegen naast hun mooiste rok een dikke kip onder de arm. Met zang, dans en drank bedanken ze de zon voor haar warmte en levenslicht. Ook vragen ze om een goed seizoen. Het zonnefeestje ging nog de hele week door met optochten en muziek. Opvallend beleefd wel, want voor niets gaat de zon op. Eigenlijk zou Nederland ook zo’n zonneviering moeten houden. Gewoon een dag verplicht met zijn allen in korte broek genieten van mooi weer en de zon een beetje bedanken. Misschien dat zij zich dan wel wat vaker laat zien?

(Column 7 'Coreanne in Quito', voor De Gooi- en Eemlander, juni 2011)

woensdag 15 juni 2011

Dag


De wereld lijkt zo groot, maar de afstanden zijn alleen maar een kwestie van tijd. Toen ik hoorde dat mijn stiefvader was overleden, was een ticket binnen een dag geboekt en de koffer zo gepakt. Als je op zo’n moment niet meteen bij je familie kunt zijn, zorgt dat voor een eenzaam en onrustig gevoel. En dat was eigenlijk voor het eerst sinds ik mijn voet op buitenlandse bodem zette.

Het thuisfront in Ecuador verzekerde mij dat ik na zo’n korte periode geen last zou hebben van een cultuurschok, maar toch zie ik voortdurend grote verschillen tussen de twee landen die nu allebei mijn thuis zijn. Op Schiphol kijk ik op naar mijn lange landgenoten die zijn opgegroeid met liters melk en kilo’s kaas. Welkom in het kleine landje vol rijke reuzen.
Eenmaal thuis kan ik weer op hakken lopen en een stukje fietsen. Ik eet bruine boterhammen met pindakaas, poffertjes met poedersuiker en een halve rookworst van de Hema. Het toiletpapier mag gelukkig gewoon weer in de wc-pot in plaats van in een emmertje en dat went een stuk sneller dan andersom. Home sweet home.
In het Gooi lijkt niets te zijn veranderd. Bij t’ Bonte Paard smaken de kroketten weer als vanouds en rijden de luxe auto’s nog altijd voorbij. Ook mijn oude huisje in Laren staat er nog precies zo bij met dezelfde gordijnen voor de ramen. Waar ik wel met verbazing naar kijk: elk kind heeft hier een Nintendo DS (in Ecuador is de ouderwetse diabolo erg gewild), gesjok tijdens de jaarlijkse avondvierdaagse (voor veel Ecuadoriaanse kinderen gelijk aan elke dag heen en terug naar school) en dat in Nederland blijkbaar alles bespreekbaar moet zijn, want bij omroep Max praten ouderen al om half elf ’s ochtends over hun ingekakte seksleven (verder geen commentaar).

Vier dagen na mijn aankomst loop ik met mijn familie in een lange stoet richting begraafplaats. Onder een stralende zon duwen we, allemaal in het wit gekleed, de zwarte rieten kist naar het kerkhof. Het geheel voelt buitenlands aan, als een mediterraan sfeertje speciaal voor hem, want daar hield hij zo van. Volgende week zit ik weer tegenover mijn Ecuadoriaanse lerares te zweten op een rijtje onregelmatige Spaanse werkwoorden, alsof er niets gebeurd is. Het leven gaat razendsnel en daarom sluit ik af met het levensmotto van mijn beste stiefvader, dat hij tot zijn laatste snik heeft uitgedragen: carpe diem.

(Column 6 'Coreanne in Quito', voor De Gooi- en Eemlander, juni 2011)